Geothermie, ofwel aardwarmte, is een duurzame energiebron, die gebruik maakt van warmte, die van nature aanwezig is in de diepe ondergrond van de aarde en die met behulp van water als transportmiddel naar het aardoppervlak wordt getransporteerd.
Juist niet. Het is één van de meest duurzame energiebronnen. Het is hernieuwbare warmte omdat de kern van de aarde de buitenste schil opwarmt op het moment dat deze wordt afgekoeld.
Er worden twee bronnen geboord naar minimaal 2 kilometer diepte. Via de ene bron komt het warme water omhoog. De warmte in het water wordt via een warmtewisselaar overgedragen aan het distributienet. Het afgekoelde water gaat via de tweede bron weer terug de aarde in. Zo blijft de druk in de ondergrond op peil en ontstaan geen lege ruimtes.
Geothermie valt onder de mijnbouwwet, wat betekent dat op relatief grote diepte wordt gewerkt. Zwaar materiaal, de mogelijke aanwezigheid van koolwaterstoffen, relatief hoge druk en zout formatiewater samen betekenen dat er beheersbare risico’s zijn die gemitigeerd worden door een QHSE plan (Quality, Health, Safety & Environment) en toezicht dat wordt gehouden door Staatstoezicht op de Mijnen. Aangezien we bij geothermie op zoek zijn naar warm water worden geen dusdanig grote hoeveelheden koolwaterstoffen aangetroffen dat er sprake is van grote kansen op ontploffingsgevaar.
De 15 aardwarmteprojecten die nu in Nederland actief zijn hebben nog nooit geleid tot voelbare seismische activiteiten. Boren en produceren in formaties met al dan niet actieve breuken kan mogelijk leiden tot seismische activiteit. Naar verwachting zijn dit maximaal kleine bevingen die niet tot nauwelijks waarneembaar zijn. In de praktijk kan, als de specifieke situatie daarom vraagt, worden gemonitord hoe de aarde zicht gedraagt onder invloed van een geothermieproject en de spanning in de ondergrond wordt opgebouwd. Met behulp van deze monitoring kan actief gestuurd worden op het vermijden van seismiciteit.
Nee, gaswinning kenmerkt zich door drukdaling in de poriën van het gesteente waaruit de gaswinning plaatsvindt, waardoor bodemdalingen kunnen ontstaan en waardoor aardbevingen veroorzaakt kunnen worden. Bij geothermie wordt het afgekoelde water weer teruggepompt in dezelfde aardlaag waardoor de druk in de bodem gelijk blijft.
Een standaard geothermieproject dat lagen aan gaat boren op ruim 2 kilometer kan tot wel 12 miljoen m3 aardgas per jaar besparen. Dat is vergelijkbaar met het verbruik van 8.000 huishoudens. Dit is dus energie waarbij vrijwel geen CO2 uitstoot plaatsvindt. De beperkte CO2 uitstoot die wel plaatsvindt komt van de elders opgewekte elektriciteit die nodig is om de pompen te laten draaien.
Nee, schaliegas kenmerkt zich door het met chemicaliën en hoge druk scheuren aan te brengen in de aardlagen waarin schaliegas aanwezig is om zodoende het contactoppervlak te vergroten (fracken). Op die wijze wil men een betere doorstroming van het te winnen schaliegas bewerkstelligen. Geothermie gebruikt deze methode niet. Het is niet uitgesloten dat op termijn gekeken wordt naar het stimuleren van producerende bronnen om de productiviteit te vergroten door de bronnen bijvoorbeeld aan te zuren. Kenmerkend hierbij is dat er geen vervuild afvalwater boven de grond komt.
Ja. Aardwarmte is een oude vorm van energie. Er zijn al veel voorbeelden bekend in de ons omringende landen (Duitsland, Frankrijk). En ook in Nederland wordt aardwarmte steeds meer gangbaar. Zo zijn er in Nederland al circa 13 projecten operationeel die tuinbouwkassen verwarmen.
Het terrein waarop een geothermieboring plaatsvindt, is ongeveer 8000 m2 groot. De installatie voor warmtewinning beslaat een oppervlakte van circa 1000 m2. De boortoren is circa 4 maanden bezig met boren. Na de boorfase blijft een gebouw over van circa 15x30 meter en 6 meter hoog. Hierin zijn de warmtewisselaars en de besturing opgesteld. De distributie van de warmte vindt vervolgens ondergronds plaats. Dit systeem gebruikt overigens geen formatiewater als transportmiddel. Het water dat uit de ondergrond wordt opgepompt (formatiewater) wordt na overbrenging van de energie direct weer teruggepompt in de ondergrond.
In de boorfase (circa 4 maanden) kan er sprake zijn van enige overlast (geluid en licht) in de directe nabijheid van de boorlocatie. Dit heeft met name te maken met het feit dat de werkzaamheden ook ’s nachts doorgaan. Bij het zoeken naar een definitieve boorlocatie is aanwezige bebouwing dan ook een afwegingscriterium. Bij voorkeur zoeken we naar locaties met zo min mogelijk bebouwing binnen 500 meter. We gaan hiervoor natuurlijk gesprekken aan met direct belanghebbenden rondom een boorlocatie. De ervaring met afgelopen projecten leert overigens dat het zeker mogelijk is om eventuele overlast te minimaliseren.
Voor het gebruik van de boortoren, die (tijdelijk) aanwezig is, is een omgevingsvergunning nodig. Hierin zijn voorschriften ter beperking van overlast opgenomen. In de gebruiksfase van de aardwarmtewinningsinstallatie is eveneens een omgevingsvergunning van kracht. In de winningsfase is overigens geen sprake van noemenswaardige overlast.
In eerste instantie kunnen direct omwonenden niet in de voordelen van de duurzame aardwarmte delen omdat de projecten worden uitgelegd voor de grote gebruikers. Ter vergelijking: een project kan tot wel 20 miljoen m3 aardgas per jaar besparen. Dat is vergelijkbaar met het gebruik van 13.000 huishoudens. Wij verwachten dat er in de loop van de tijd ook woonwijken aangesloten kunnen worden op de installaties als deze eenmaal draaien. Een voorbeeld hiervan is het apparatementencomplex in Pijnacker dat is aangesloten op een aardwarmteproject dat primair ontwikkeld is voor een tuinbouwbedrijf.
Indirect is er wel een voordeel te benoemen: geothermie op deze diepte levert een serieuze bijdrage aan de noodzakelijke energietransitie en de verduurzaming van onze Nederlandse samenleving.
De Greendeal Geothermie Brabant is gesloten in april 2016 tussen overheden, maatschappelijke partners en het bedrijfsleven in Brabant. Doel van deze Green Deal is het versneld realiseren van minimaal 5 geothermieprojecten in Brabant op een veilige manier met een standaard aanpak. Geothermie Brabant BV, een samenwerkingsverband tussen Hydreco Geomec en Energiefonds Brabant is penvoerder van deze samenwerking.
Onderzoeken hebben aangetoond dat er verschillende waardevolle formaties aanwezig zijn in Brabant die gelukkig ook bovengronds gecombineerd kunnen worden met voldoende warmteafzet voor een rendabele businesscase. Hiermee kan dus gesteld worden dat het niet bij een project moet blijven maar dat er herhaalpotentieel aanwezig is. Juist om die reden heeft Geothermie Brabant als doel om meerdere projecten vanuit 1 operator vorm te geven om te kunnen professionaliseren en te versnellen. Dit alles gericht om de klimaatdoelstellingen uit Parijs en Den Haag te kunnen halen.
Als marktpartijen op het grondgebied van Brabant aardwarmte willen winnen, hebben zij daarvoor diverse vergunningen nodig. Om te beginnen is een opsporingsvergunning benodigd van het Ministerie van Economische zaken, daarna zijn diverse vergunningen benodigd om het gebruik en de belasting op de omgeving te reguleren en na de boring is de winningsvergunning benodigd. Allemaal processen die een openbaar karakter hebben en waarop een ieder kan inspreken.
Het is een duurzame vorm van energie, die beantwoordt aan een maatschappelijke behoefte. Het is voor Brabantse overheden dan ook logisch om bij te dragen in het onderzoek naar de mogelijkheden van geothermie in Noord-Brabant, maar dan wel in een veilige, financieel robuuste en professionele omgeving.
Provincie Noord-Brabant, Brabant Water en de gemeenten Breda, Helmond en Tilburg hebben de mogelijkheden laten onderzoeken voor geothermie in Brabant. EBN stelt kennis en informatie ter beschikking. Op basis van deze onderzoeken is de Green Deal getekend en zijn daar ook diverse bedrijven en maatschappelijke partners ingestapt. Voor een compleet overzicht verwijzen wij u naar de formeel getekende Green Deal geothermie Brabant.
Wij zijn niet voor of tegen specifieke technieken. Wij vinden het belangrijk dat – bij de toepassing van welke techniek dan ook – er geen risico’s zijn voor mens, dier en milieu. Het is daarbovenop wel van belang dat diepere projecten worden ontwikkeld om hogere temperaturen aan te treffen om ook de procesindustrie te kunnen verduurzamen.
In Oost-Brabant ligt de zogenaamde Kolenkalk formatie op een diepte tussen de 3,5 en 7 kilometer. Relatief dichtbij, bij het glastuinbouwgebied Californië in Grubbenvorst, zijn twee projecten geboord in dergelijke formaties en die zijn daar kansrijk gebleken. Vanwege de diepte en de onbekendheid van de laag wordt op dit moment een seismisch onderzoek voorbereid om de ondergrond tussen Veghel en Someren op diverse plaatsen in kaart te brengen en aan de hand daarvan keuzes te maken voor verdere doorontwikkeling van geothermie.
In Oost-Brabant wordt het seismisch onderzoek mede gedragen door Bavaria, FrieslandCampina, Mars, Ennatuurlijk en enkele tuinbouwgebieden rondom Helmond en Asten/Someren. Geothermie Brabant BV is penvoerder, projectontwikkelaar en de operator van dit consortium wat recent een Green Deal heeft gesloten met Energie Beheer Nederland BV (EBN, dochter van het Rijk) en het Ministerie voor Economische zaken waarin wordt afgestemd dat het consortium onderzoek doet ten behoeve van het ontwikkelen van diepe geothermie (>4 km) en dat partijen gezamenlijk aan de lat staan om hieruit projecten te ontwikkelen.
Het seismisch onderzoek zal onthullen waar in Oost-Brabant de meest kansrijke plaatsen zijn om het zogenaamde exploratieonderzoek te vervolgen en de projectontwikkeling (ontwerp, realisatie, warmtelevering, financiering en exploitatie) op te starten. Naar verwachting kan deze conclusie (waar verder exploreren) in februari 2018 gemaakt worden.
Naar verwachting kan het eerste project begin 2021 operationeel zijn.
Aardwarmte wordt gesubsidieerd met de SDE+ exploitatiesubsidie. Hiermee wordt de onrendabele top opgelost. Hierdoor is het mogelijk om met geothermie een concurrerend aanbod te kunnen doen in de duurzame energie-mix. Jaarlijks wordt de SDE bijdrage op basis van onder andere de huidige gasprijs bijgesteld voor het daarop volgende jaar.
Dit onderzoek vindt plaats door trillingen de grond in te sturen en de weerkaatsing hiervan op de verschillende aardlagen op te vangen met geofoons aan het aardoppervlak. Deze weerkaatsingen kunnen vervolgens worden omgezet in een dwarsdoorsnede van de ondergrond. De trillingen worden de grond in gebracht door zogenaamde “vibro-trucks” die hoofdzakelijk via de openbare weg zullen rijden. De geofoons zijn kleine ontvangers die met een kort pinnetje in de grond geprikt worden en met elkaar zijn verbonden via een lange signaalkabel. In de gehele regio wordt circa 250 km seismische lijn geacquireerd (zie bijlage), daar waar de kansen voor geothermie het grootst lijken. Het onderzoek op de betreffende locaties zal minimaal en kortdurend zijn. Daarnaast wordt gezorgd voor voortijdige afstemming met eigenaren van eventueel te betreden particuliere percelen. Het seismisch onderzoek maakt geen gebruik van explosieven waardoor de trillingen slechts lokaal en tijdelijk gevoeld worden.
Om een goede indruk te krijgen van een seismische campagne ten behoeve van exploratie naar geothermie verwijzen we u naar dit filmpje op You-tube.
Er wordt geboord op een diepte tussen de 3,5 en 6,5 km ter hoogte van de kolenkalkformatie in Oost-Brabant. Hierbij gaat het in het bijzonder om boringen bij breuklijnen van watervoerende lagen.
Voordat het zo ver is, worden de nodige risicoanalyses uitgevoerd, evenals verder (seismisch) onderzoek om op basis hiervan een gedegen beslissing te nemen over de plaatsing en het ontwerp van de geothermische put. Er wordt niet in waterwingebieden geboord: de waterwingebieden zelf en een beschermingszone daaromheen zijn aangewezen als boringsvrije zones. Het ontwerp van de put is zodanig dat de zoetwater-voerende aardlagen zijn afgesloten van de stromingen in de put zelf: in het ondiepe deel wordt een stalen buis (zgn conductor) geplaatst die de ondiepe aardlagen beschermt. Daarbinnen komt een stalen productiebuis, waarbinnen de aardwarmteproductie plaatsvindt. De ruimte tussen de conductorbuis en de productiebuis wordt opgevuld met cement. De buitenkant van de diepere productiebuis wordt eveneens gecementeerd om ook de diepere aardlagen af te schermen. Tussen het geothermische reservoir (in Oost Brabant verwacht tussen 3,5 km en 6,5 km diepte) en het grondwaterreservoir (typisch ondieper dan 600 m) zitten heel veel afdichtende geologische lagen die de twee aquifers scheiden. De kans op een directe verbinding tussen de twee aquifers is verwaarloosbaar klein. Aanvullend aan de risicobeheersende maatregelen en risicoanalyses komt er een monitoringsprogramma om de toestand van het geothermisch project en het potentiële effect op de omgeving te kunnen meten, monitoren en verifiëren.
Op dit moment vindt onderzoek plaats om deze vraag te kunnen beantwoorden. Het onderzoek gaat in op de mogelijke targets (ondergrondse formaties met potentieel voldoende debiet op een juiste diepte) en de benodigde vervolgonderzoeken die hiervoor nodig zijn.